Over loyaliteiten en zo.

Loyaiteit bij kinderen tijdens en vooral na echtscheiding is een sterk en lastig fenomeen. Kinderen hebben recht op loyaliteit aan beide ouders na een echtscheiding. Ouders hebben de plicht om samen te waken over het respecteren van de loyaliteit van kinderen naar beide ouders. Dat dit in de praktijk regelmatig in de verdrukking komt, laat onderstaand verhaal pijnlijk duidelijk zien. De gevolgen voor kinderen kunnen enorm zijn. Binnen het overlegscheidingsproces is veel aandacht voor het maken van afspraken over het respecteren van loyaliteiten van kinderen binnen het ouderschapsplan. 

En als je het  nieuw gezin op een afstandje volgt, is er n iets aan de hand. Tussen Bob en zijn ‘nieuwe broertje en zusje’ gaat het op zich prima en ook de verhouding met zijn stiefmoeder lijkt in orde te zijn.

Toch zit er iets goed scheef bij Bob. Ze scheef dat om hem heen gezien wordt ‘dat hij ergens mee zit’. Hij heeft zich in zichzelf teruggetrokken, lijkt somber te zijn en hij kan soms fel van zich afbijten. Om met zijn ouders te spreken ‘Bob is zichzelf niet en wij hebben er last van’. En Bob zelf? Die is al het gezeur inmiddels zat en heeft aangegeven dat hij wel eens ‘met iemand wil praten’. Die kans hebben zijn ouders en stiefmoeder met beide handen aangegrepen. En zo zit Bob op een dag bij mij op de stoel.
Niks mis mee, is mijn eerste reactie. Leuk vlotte open knul. Op school doet hij het prima, hij heeft vrienden en sport graag. Naast het sporten volgt hij een apart programma rond theater en dans. Hij heeft er lol in om zich op deze manier (wel) te uiten en is fanatiek. Hij wil graag gezond leven –als ouders van een vijtienjarige ben je daar natuurlijk blij mee!- en houd zich elke dag aan een strak schema: op tijd opstaan, na school direct huiswerk maken, op tijd eten zodat hij niet met een volle maag hoeft te trainen en oefenen en daarna snel naar huis om de rest van zijn huiswerk te maken. Inmiddels heeft hij wel ontdekt dat hij voor het volharden van dit schema hulp en ondersteuning nodig heeft van de volwassenen om hem heen. Als hij, samen met  zijn broertje, bij zijn moeder thuis is, gaat het prima. In de dagen dat hij volgens het programma bij zijn vader is, dan gaat het mis. En volgens Bob zit hier de angel.Bob voelt zich namelijk door eenzaam. Thuis bij zijn moeder omdat hij haar niet (extra) wil belasten met zijn zorgen en bij zijn vader thuis omdat hij daar het gevoel heeft dat hij er eigenlijk niet toe doet en niet heel welkom is.

Bob heeft regelmatig het gevoel dat zijn stiefmoeder hem maar lastig vindt. Wat hem vooral dwars zit, is dat ze hem dat vooral laat blijken als zijn vader niet thuis is. Er wordt dan weinig rekening gehouden met zijn school- en sportprogramma en regelmatig hebben ze daar  hevige woordenwisselingen over. Hij ziet haar voor haar eigen twee meiden wel haar programma aanpassen maar voor zijn trainings- en oefenafspraken is weinig begrip. Bovendien maakt ze regelmatig kritische opmerkingen over zijn moeder. Bob heeft het hier erg moeilijk mee en hij vindt dat zij hier niets mee te maken heeft. Als hij haar daar op aanspreekt, laat ze hem nauwelijks uitpraten en vertelt ze hem steeds dat hij de zaken niet goed begrijpt. Dit makt hem woest. Zijn vader wijst hem regelmatig  terecht op zijn scherpe toon die hij aanslaat naar haar. Bob voelt dit als verraad naar hem toe dat hij het gevoel heeft dat zijn vader vaak achter zijn nieuwe vriendin gaat staan. Hij krijgt steeds meer het gevoel er erg alleen voor te staan. Ook ziet hij zijn vader erg veranderen sinds hij deze vriendin heeft.Hij praat hier niet met zijn moeder over omdat hij haar niet wil belasten met zijn zorgen. Ze heeft het al zwaar genoeg zegt hij, En ze vindt het niet prettig om over de nieuwe vriendin van zijn vader te hebben. Dit versterkt wel het gevoel er alleen voor te staan.

‘Niet gek toch, dat je je daar als vijftienjarige somber van gaat voelen?’En ja, natuurlijk ziet hij wat hij krijgt, hoe iedereen zijn best doet en dat iedereen eigenlijk veel van elkaar houdt. Dát zoethoudertje kent hij inmiddels en hij heeft er meer dan genoeg van! En dat is dus onderdeel van de boosheid en agressie die er regelmatig uitkomt. Over het algemeen verbaal. En hij is goed van de tongriem gesneden, dus af en toe komt er een stroom snedige opmerkingen die hun doel niet missen. Maar het doel van Bob dienen ze zeker niet: zijn scherpe woorden hebbeen eerder voor verwijdering gezorgd dan voor verbondenheid.

Zonder dat zijn ouders dat in de gaten hebben, zitten ze met elkaar in een vicieuze cirkel die door iedereen in stand wordt gehouden. Met alle goede bedoelingen. Dat is eigenlijk nog het meest pijnlijke van alles.De vraag is met wie er in deze situatie eigenlijk gesproken moet worden. Met de Vader, om hem de eenzaamheid van zijn zoon te laten zien? Of met de moeder, om haar te laten ontdekken dat háár (volwassen) verdriet tussen haar relatie en haar zoon staat en invloed heeft op zijn ontwikkeling? Of met de vermeende boze stiefmoeder, om haar te wijzen op haar –misschien wel onbewuste- afstandelijke gedrag naar haar stiefzoon?

De enige die écht bereid is om te praten en om wat aan de situatie te doen, dat is Bob. Een vijftienjarige held!Samen maken we een plan. Allereerst gaat hij voor zichzelf eens in kaart brengen hoe vaak hij ‘last’ heeft van deze stiefmoeder. Wat de situaties zijn en hoe hij reageert. Veranderen is (nog) niet nodig. Dat komt later wel.

‘Dus ik ben geen onaangepaste, ondankbare sukkel?’ , vraagt een onzeker kind aan mij. Nee, niet onaangepast en niet ondankbaar. En zeker geen sukkel! Maar wel een kind in de verdrukking.

Gideon de Haan begeleidt nieuwe gezinnen naar een succesvolle start. Het loyaliteitsconflict dat elk kind van gescheiden ouders ervaart, is zijn drijfveer bij het begeleiden van gezinnen. Zelf is hij getrouwd en stiefvader van twee (stief-)zoons. 

 Deze column is eerder verschenen in het kwartaalmagazine Nieuw Gezin

4/3gGEqwnu6C46hQ6ugHk48BzvGKsnvjAQslNiWOjnfB6_xTJvHE9_BLQ