Je kent ze vast wel, de mensen waarvan het glas altijd halfvol is. Optimistisch zijn ze en ze zien overal mogelijkheden. Oók als het tegenzit hebben deze ‘halfvollers’ heel snel nieuwe kansen in de gaten.

Daar staan dan de ‘legeglassers’ tegenover: zodra er een tegenvaller is, lijken ze lamgeslagen. Gaan zitten en wachten tot het beter wordt. ‘Zie je wel, al weer fout gedaan. Ik kan ook niets!’, is een veelgehoorde klacht van deze groep. Of iets wat daar op lijkt.

De legeglassers behoren over het algemeen tot de groep mensen met een ‘statische mindsite’. Door hun leven heen hebben ze geleerd dat fouten maken het zelfde is als falen. Succes hebben is hun plicht. Of dit nu op het voetbalveld, de tennisclub of tijdens het werken of op school is. Je móét het kunnen, kennen of onder de knie hebben. Zonder al te veel inspanning. Want je bent toch goed?

De halfvollers behoren tot de groep mensen met een ‘open mindset’. Ik beschrijf ze wel eens met de zin ‘mijn spelen is leren en mijn leren is spelen’. Fouten maken mág. Sterker nog: deze mensen zien het maken van fouten als een manier om te leren. De volgende keer lukt het nóg beter!

De laatste groep, dat blijkt mede uit onderzoek van o.a. mevrouw Carol Dweck, wil zich ook graag inspannen om te leren. Bijvoorbeeld om trucjes op het voetbalveld onder de knie te krijgen.

Uit onderzoeken blijkt nog iets: legeglas-kinderen blijken zo weinig zelfvertrouwen te hebben, dat ze bij uitdagingen – iets nieuws leren bijvoorbeeld – bij voorbaat al afhaken. Ze blijven liever bij het oude vertrouwde.

Deze column is eerder als onderdeel van een serie over faalangst verschenen als column voor HD-media.

deel 1 >>

deel 2 >>

deel 3 >>  

deel 4 >>

Marina horen spreken? Op Facebook worden de data regelmatig gepubliceerd!

4/3gGEqwnu6C46hQ6ugHk48BzvGKsnvjAQslNiWOjnfB6_xTJvHE9_BLQ